Ooit een berg met wasgoed gezien?

In mijn vorige blog schreef ik over een berg met wasgoed. Die zin was dus niet goed. Tenzij je in een berghuisje woont, met een kabbelend beekje als voortuin. Een beekje waarin de berg wasgoed, die al op een hoop klaarligt, schreeuwt om gewassen te worden.

Lijkt me uitgesloten, maar ik ontmoet u graag. Ik heb geen Nederlands gestudeerd, noch cursussen gedaan. Met de wetenschap van nu, had ik als achttienjarige zonder twijfel een andere keuze gemaakt. Ik moet het doen met ervaring. Hierdoor zitten in de eerste versies van scènes die ik schrijf bergen met wasgoed. Of gekke zinsconstructies waarin werkwoorden onnodig uit elkaar zijn getrokken. Ik probeer me daartegen te wapenen. Op mijn bureau liggen daarom twee soorten brillen. Een creatieve bril, die ervoor zorgt dat ik schrijf. Zonder erbij stil te staan of alle zinnen perfect zijn. Na het schrijven van een scène zet ik een andere bril op, de kritische bril. Vaak de volgende dag. Om per zin te bekijken of alles klopt. Soms verbaas ik mijzelf in negatieve zin. Maar ik kan er ook om lachen. Het beeld van een hoop wasgoed op een berg in een slaapkamer, vond ik een aandoenlijke gedachte.

Gister schoot ik weer in de lach. Ik had geschreven: (..) stond hij op, nadat iedereen het vliegtuig had verlaten. In eerste instantie overleefde deze zin zelfs de kritische bril. Maar toen ik het hele hoofdstuk nog eenmaal doorlas, bleef ik toch hangen. Ik was niet tevreden, maar kon niet plaatsen waar het gevoel vandaan kwam. Toen wist ik het. Het zou hoogst ongebruikelijk zijn als je als passagier als laatste het toestel verlaat, nog na het cabinepersoneel. Laat staan na de piloot van dienst, misschien wel koning Willem-Alexander. Dat je de boel op slot gooit en het sleuteltje inlevert aan de balie van de vliegtuigmaatschappij, voordat je je reis voortzet. Als trouwens een vliegtuig opengaat met een sleutel, geen idee eigenlijk.

Schrijversgeneuzel, ik kan ervan genieten, maar me er ook kapot aan ergeren. Ik worstel ermee hoever ik daarin moet gaan. Zoals de twee voorbeelden hierboven. Misschien vind je dit helemaal niet erg, valt het nauwelijks op. Ik vind het moeilijk in te schatten of het daadwerkelijk afbreuk doet aan het verhaal. Wel aan de kwaliteit. Ik streef naar perfectie, dus wanneer het mij opvalt moet ik er iets mee. Doodeng vind ik het, de kans dat ik straks onlogische zinnen over het hoofd heb gezien. Daarbij ingefluisterd door de interne criticus. Een criticus die altijd wel een mening heeft. Goudeerlijk, maar doodvermoeiend. Lees volgende week hoe ik de strijd aanga. Ik nam een drastische maatregel.

Tot dan.

3 antwoorden op “Ooit een berg met wasgoed gezien?”

  1. Lieve Schat! Je gaat het helemaal maken, want je ‘bekt’ lekker en eigenlijk moet je gewoon overal schijt aan hebben. Dat is mijn overtuiging . . . Vanaf augustus 2016 schrijf ik blogs . . . Nee, géén hond die ze leest en ik ben net zo bezig als jij. Ik moet iets vertellen en de volgende dag ben ik de hele middag kwijt aan gesleutel & verbeteringen. Het gaat mij vooral, om de taal, want met WordPress ben je bereikbaar over de hele wereld en wordt ’t zelfs in het Japans vertaald. Goed van jouw, dat je aan je tangconstructies denkt! Ik heb dat ook . . . , je begint en terwijl je zin nog niet af is, ben je al vijf straten verder, bij wijze van spreken en dat is verwarrend . . . OOK mooi, want je kan er dan heel erg lang op doorborduren, ook al is schrijven schrappen . . . Ook zo’n ouwe lullen cliché . . . Als ik met ’n nieuwe blog begin, denk ik altijd: Wat voor dogma ga ik nu weer even verkrachten? Het is mijn blog, toch . . . Het is Amerikaans, hun server zit in San Francisco en ik heb genoeg ‘gia bites’ tot 2020 en danneu ben ik echt wat je noemt: ’n Blogster Bitch . . . ‘BB’ !!! Wat denk je van: “Nadat iedereen ’t vliegtuig al lang en breed had verlaten, maakte twee beeld schone stewardessen hem waker. De vlam sloeg in de pan en ik wilde niet meer weg . . . ” Ik denk, dat ik ook iemand nodig heb, omdat ik al tien boeken heb geschreven . . . , maar om die opnieuw aan elkaar te breien, met heel veel knip en plakwerk . . . Wie is er geïntereseerd in dat geouwehoer van mij? Wil je me blogs lezen? Elfriede, dinsdag 31 mei 2017

  2. Opnieuw: “Nadat iedereen al lang en breed was uitgestapt, maakte twee jonge beeld schone stewardessen hem waker . . . Onmiddellijk sloeg de vlam in de pan! Hij wilde niet meer weg . . . ” Hoe heet die Vlaamse schrijver? “Louis Paul Boon?” Ja-ja! Hij schreef dikke boeken en daarna ging hij ze helemaal weer verbouwen en vertelde de geschiedenis van de arme sloebers, bedelaars en zieken van Vlaanderen door de eeuwen heen. Dat boek wilde ik ook graag nog lezen: ’t ‘Geuzenboek’ denk ik . . . Dat was wel een wereld idee van Louis, want over keizers, koningen en alle adel werd wel uitvoerig geschreven en hun geschilderde portretten hangen overal . . . Maar, die ‘BB’ blogt nu . . . Kost niks, als je ’t niet wil lezen laat je ’t . . . Bovendien, maak ik veel foto’s . . . , die ik zelf wel erg leuk vind . . . http://www.friedabblog.wordpress.com Groetjes! Elfriede, dinsdag 31 mei 2017

  3. Bedankt voor je complimenten! Het is zeker belangrijk om te doen wat je zelf wil, en er voor blijft gaan. Succes daarmee! Ik zal een kijkje nemen op je blog.

Laat een antwoord achter aan Mevr. Elfriede Katharina Boellaard-Heinzel Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *